Pages

maandag 20 oktober 2008

Zakt de oude wereld door z'n hoeven?


Schrijfopdrachten zijn leuk, tenminste dat vind ik. En om 'dat vinden' gaat het ook deze keer.
En wel vanwege de stelling van Jan Tweepuntnul die het thema is van deze blogkermis.

"Een blogkermis gaat als volgt: blogger geeft thema op, andere bloggers werken dat op hun eigen webblog uit en geven de link van deze uitwerking door naar de blogger die het thema heeft opgegeven, de blogkermisexploitant zal ik maar zeggen. Uiteindelijk maakt deze de balans op op zijn eigen blog en trekt de conclusies." Snel te vinden bij Jan dus.

Zijn stelling:
"De nieuwe bibliotheek verschijnt aan de horizon terwijl de oude bibliotheek nu al door z'n hoeven zakt".

Ik loop er nu al bijna anderhalve week mee te goochelen in mijn hoofd. Wat vind ik daar nu eigenlijk van?
Ervaar ik de 'nieuwe bibliotheek', ervaar ik een 'oude bibliotheek' of ervaar ik binnen 1 bibliotheek gewoonweg diverse stromen. De Ocn2008 was voor mij een goed voorbeeld van een duidelijke 'oude wereld', 'nieuwe wereld', maar ook (juist!) van het schemergebied ertussen waar ook zoveel gaande is.

Jan refereert aan "Leadbeater, die schrijft over de verschuiving in aandacht van de 'boulders' (=grote gevestigde instituten) naar de pebbles (=nieuwe web2.0-initiatieven). Ik herken dit in m'n eigen vak. De bekende vakinstituten zoals NVB, VOB en ook vakbladen als IP zijn in een identiteitscrisis terecht gekomen, de traditionele structuren zie je daar soms langzaam en soms ook snel verbrokkelen. De aandacht verschuift naar de weblogs en een community als Bibliotheek2.0."

En ja, dit is voor een deel absoluut waar. De aandacht verschuift waar het gaat om het 'halen en brengen' van specifieke informatie voor specifieke mensen. Namelijk diegenen die al digitaal native zijn in plaats van de immigranten die nog staat te aarzelen aan de poorten van web2.0 (of het internet in het algemeen). Ik durf mezelf wel digitaal inwoner te noemen, maar besef meteen dat ik dat dus ben van een klein onderdeel van het internet. Er zijn grote delen web waar ik nog nooit geweest ben en ook nooit zal komen. Ik heb geen idee wat er zich afspeelt in Chinees, Groenlands of Spaans bibliotheekland. Voor het grootste gedeelte komt dat natuurlijk door de taalbarrière. Maar ook omdat er in grote delen van de wereld gewoonweg geen internet voorhanden is en ook omdat mijn interesse (tijds)grenzen kent.

Zo strandde ik tijdens mijn zoektocht op het weblog 'De grenzen van de nieuwe wereld’. Een weblog van Utrechtse bestuurskunde studenten die onderzoek doen naar de gevolgen van een geïnformatiseerde maatschappij. Bestaan er grenzen? Wie legt de grenzen? En zo ja, waar liggen de grenzen?
Jammer genoeg niet meer geupdated sinds 9 november 2007. Ook een typisch gevolg van web2.0.
"Complicerende factor is dat op het Internet iedereen zo hard kan schreeuwen als hij wil. Wie buiten het Internet om als gewone sterveling de massa wil bereiken krijgt te maken met bemiddelende instanties. Een ingezonden brief wordt voor plaatsing eerst getoetst en een geschreven boek moet eerst goedgekeurd worden door de uitgever. Internet kan deze filters omzeilen. Iedereen heeft zijn eigen drukpers, het Internet heeft het grondwettelijke recht op vrijheid van drukpers voor iedereen onder handbereik gebracht. Weblogs, forums, gastenboeken, suggestiepagina’s, chatboxen en vele andere middelen zorgen voor talloze mogelijkheden tot het uiten van onze frustraties, meningen, oordelen, complimenten en ervaringen op het internet. Hier wordt tegenwoordig dan ook gretig gebruik van gemaakt."

Boeiend in zijn waarheid. Want hier komt meteen ook de achterkant van het gelijk naar voren. Ook van het idee dat de oude bibliotheek door zijn hoeven zakt terwijl de nieuwe er nog bovenop moet worden gezet. Want ik ben bang dat ik ook een van de schreeuwers ben met mijn 'eigen' platform. Op mijn veilige weblog kan ik relatief gemakkelijk roepen wat ik wil, maar dat is niet hoe de verhoudingen in de buitenwereld er per definitie uit hoeven te zien. Ik ben geen manager, geen leidinggevende en ook geen beleidsdoorslaggevend persoon (behalve dan voor mezelf ;)).
Mijn eigen enthousiasme maakt dat ik het niet kan laten te reageren op wat ik zie, maar dat betekent niet dat ik altijd in realiteit kan (bij)sturen. Hopelijk kan ik wel inspireren.
Ik bevindt me in een niche met bibliobloggers die denken, vinden, inspireren en soms ook mogen beslissen. Maar dat is niet de gehele wereld. Daarbuiten bevindt zich een nog veel grotere groep met bibliothecarissen.

Maar wanneer ik de 'gemiddelde koningin' in mijn lokale bibliotheek nu vraag naar haar idee over een perfecte bibliotheek hoor ik toch de gewone geluiden. "Meer boeken, nieuwe boeken in een prettige ruimte. Oh ja, en meer open graag." Het gaat bij deze gemiddelde gebruik(st)er toch echt over het fysieke werk.

"In hoeverre leven we in een technologisch gedetermineerde samenleving? Wat stelt de grenzen aan de invloed van de informatietechniek? Zijn dat de technische mogelijkheden of zijn het de grenzen die wij als samenleving stellen?" (weer via De grenzen van de nieuwe wereld)

Tijdens de OCN2008 merkte ik tijdens de slotdiscussie bibliotheek 2.0: Laten we als bibliotheken gaan inzetten op een meersporenbeleid. Niet boven op elkaar of sequentieel, maar gewoon gezellig hand in hand.
(Met dank aan Henk Kamp voor de video)
De oude en de nieuwe wereld kunnen elkaar helpen en ondersteunen. Dat doen opa's en oma's ook met hun kleinkinderen. Oude waarden worden doorgegeven en gelardeerd met de nieuwerwetse tools en opvattingen van hun kleinkinderen. Niks mis mee toch?

Ik denk dat ik het beste kan teruggrijpen op een eerdere post die ik eerder dit jaar schreef.
"Ik denk niet dat onze gehele doelgroep klaar is voor bibliotheek 2.0. Maar dat is juist ook wel heel prettig! Want dat betekent dat we ook nu in staat zijn veel verschillende groepen met verschillende interesses aan ons te binden. En daar zit natuurlijk ook het mooie: er is een doelgroep die met spanning en plezier zit te wachten op de 'nieuwe bibliotheek'! En ook alles tegelijkertijd invoeren kan alleen maar chaos, actie-reactie en onduidelijkheid opleveren.

Heeft dit een splitsing tot gevolg binnen de bibliothecarissen van een organisatie? Ja, dat denk ik wel. Ik denk niet dat iedereen mee kan op de golven van alle nieuwe ontwikkelingen. Maar tegelijkertijd vraag ik me ook af of we dat moeten willen. Is het niet genoeg om op basis van enthousiasme een keuze te maken welke specialisten we gaan inzetten op welk gebied. Want ook de meer traditionele bibliothecaris vind ik broodnodig. De traditionele doelgroepen verdwijnen niet zomaar! Er blijven veel mensen behoefte hebben aan de bibliotheekdienst zoals die nu bestaat.
Een specialist digitale bibliotheek kan in ieder geval in zijn eigen organisatie een brug vormen om het kunde- en enthousiasmeverschil te lijf te gaan. Bruggenbouwer zijn richting onze nieuwe toekomst. En die van onze 'nieuwe klanten'."

Een aantal andere posts die ik wel vind slaan hierop vind je hier, hier en hier.

Zolang we ervoor zorgen dat we bruggenbouwers hebben in de 'oude bibliotheek' die zorgen voor de brug richting 'nieuwe bibliotheek' kunnen we alleen maar ten dele door de hoeven zakken. Samen met de rest van de 'oude wereld' die met eenzelfde situatie te maken heeft.

Foto by gwENvision

5 opmerkingen:

Anoniem zei

Wat een mooie en goedgekozen foto!

essen2punt0 zei

Dank je wel.
Vond het zelf ook bijzonder passend. Leuk dat het je ook is opgevallen. :)

Marina Noordegraaf .... zei

Mooi! En ten dele door de hoeven zakken is nog niet eens zo erg, weet ik uit ervaring. Voor je het weet komen er allerhande hulptroepen aan :-)

Unknown zei

Ik schaar mij ook achter wat MJK zegt. Al weet ik niet zo zeer of er effectief oude en nieuwe bibliotheken zijn of eerder conservatieve en vernieuwende bestuurders.

essen2punt0 zei

@Marina, Dat is ook het mooie van doorhebben dat je hoeven het niet helemaal houden. Dat dat uiteindelijk mensen en organisaties ook sterker kan maken. :)

@benoit, ik denk dat je wel gelijk hebt. Maar conservatieve bestuurders trekken 'oude biblitoheken en oude bibliotheekmensen' eerder naar zich toe dan 'vernieuwers'. :)
Op die manier krijg je een natuurlijke selectie van voorlopers, de middenmoot en de achterhoede.

.